Het kan verkeren. Hóe je van een wijn geniet,
is ook sterk afhankelijk van de plaats waar je drinkt, het weer (jawel) en jouw
persoonlijk humeur. En wat ook opmerkelijk is: dit is een onvoorspelbare factor
bij het wijndrinken. Neem nou deze fles: Culraithin Private Reserve 2005,
gebotteld voor importeur
Udo Göebel. Ik kocht zes flessen na een Zuid Afrikaanse
proeverij bij de Brabantse Wijnsocieteit. Misschien was dit wel de fles die het
meest doet denken aan de klassieke Franse wijnen. De Zuid Afrikaan is gemaakt
van 60% cabernet sauvignon, 23% merlot, 13% cabernet franc en 4% petit verdot.
24 maanden gerijpt in Frans eiken. Ik vond de wijn indertijd wat ontoegankelijk
maar veelbelovend. Vorig jaar (juni 2011) dronk ik met veel plezier een fles,
die zich toen al veel ‘opener’ toonde. Lichte evolutie aan de rand van een
verder zwaar donker gekleurde wijn. Expressieve neus waar veel plezier aan te
beleven valt: mijn eerste indruk was chocolade. Daarna ook kersen (Mon Cherie),
licht kruidig met wat laurier impressie. Warme neus. De kersen komen terug in
de aandronk, de smaak heeft rondeur en sap en toch ook nog flink wat tannine
(ik hou van gerijpte wijnen). Heel evenwichtig en sappig glas, de krachtige
wijn partner-de goed met een Ierse Rib Eye op de barbecue. Deze week trok ik
opnieuw een fles open van de wijn – en zie: het werkte niet. De wijn zou zich
inmiddels al weer wat mooier moeten hebben ontwikkeld, maar ik vond de wijn nu
eendimensionaal en teveel hout-gedomineerd. Nou ja, kan gebeuren, denk je dan.
Kurk op de fles en morgen nog eens proberen. En verduveld: dezelfde ervaring.
Omdat ik mij die mooie fles van vorig jaar herinnerde blijf ik met zo’n
proefervaring toch wat sipjes achter. Wijn is om van te genieten, niet om over
te peinzen waarom die niet tot zijn recht komt. Er is dan ook een klein
stemmetje in mijn onderbewustzijn die zegt:
zie-je-wel-je-moet-geen-Zuid-Afrikanen-in-de-kelder-leggen. Aaaah,
rotstemmetje! Ik gun die Culraithin revanche.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten